Tegen 2030 komt helft van Belgische elektriciteit uit wind- en zonne-energie
Aan de vooravond van de Dag van de Wind herinneren de Belgische federaties voor hernieuwbare energie (EDORA, ODE en BOP) er graag aan dat bijna 20% van de elektriciteit die vandaag in België wordt verbruikt, afkomstig is van wind- of fotovoltaïsche zonne-energie installaties. Met bijna 11 GW aan geïnstalleerde wind- en fotovoltaïsche zonne-energiecapaciteit tegen eind 2020 is België goed op weg naar een duurzame energietransitie. In 2030 moeten zon en wind echter 40 tot 50 % van de elektriciteitsvoorziening van het land dekken. De gewestelijke en federale regeringen rekenen op een groei van deze sectoren in lijn met hun doelstellingen. Dit is noodzakelijk om een antwoord te bieden aan de Belgische klimaat- en energie-uitdagingen, maar het is ook een enorme uitdaging en een ongekende kans voor ons land. Daarom is het wel nodig om een aantal beperkingen op de ontwikkeling van deze hernieuwbare-energiesectoren op te heffen.
Eind 2020 rapporteerden de Belgische federaties, actief in energietransitie en hernieuwbare energie technologieën, een geïnstalleerd windvermogen van meer dan 4.700 MW (waarvan 2.262 MW op zee) en een geïnstalleerd PV-vermogen van meer dan 6.000 MWp, samen goed voor een elektriciteitsproductie van ongeveer 20% voor heel België. Rekening houdend met de politieke akkoorden tussen de gewestelijke en federale regeringen, zal dit aandeel in 2030 meer dan 40% bedragen. De recente verhogingen van de Belgische en Europese klimaatdoelstellingen, gekoppeld aan de economische dynamiek van deze twee sectoren, leiden ertoe dat in 2030 bijna de helft van onze elektriciteitsvoorziening afkomstig is van wind- en fotovoltaïsche zonne-energie.